De films die uit Iran afkomstig zijn, lijken zich allemaal te kenmerken door een nadruk op humanisme, nog veel meer dan in veel andere landen het geval is. Daarom vind ik wel dat dit land een eigen topic verdient. Ik zal de aftrap geven met een kleine recensie van mijn kant:
‘Roozi ke zan shodam’ AKA ‘The Day I Became a Woman (Marzieh Meshkini, Iran 2000; 78 min.)
De contemporaine Iranese cinema lijkt zich te kenmerken door een nadruk op humaniteit. De werken van Abbas Kiarostami, Jafar Panahi, Mohsen Makhmalbaf en Bahman Ghobadi kunnen wellicht onderling op vele punten van elkaar verschillen, een sterke menselijke inslag en een vermogen tot inleving hebben ze gemeen. Regisseuse Marzieh Meshkini schaart zich met haar regiedebuut ‘Roozi ke zan shodam’ tot deze mooie traditie.
Dat ‘Roozi ke zan shodam’ door een vrouw geregisseerd is, is direct terug te vinden in de verhalen, welke zich allemaal concentreren op vrouwelijke hoofdpersonages. De film vertelt namelijk drie korte verhalen: het eerste verhaal over een klein meisje dat bijna jarig is en daarmee de leeftijd van vrouw bereiken zal; verhaal nummer twee is een verhandeling over een adolescente vrouw die tegen de zin van heel haar familie meedoet aan een fietsrace en het slotstuk wordt bevolkt door een stokoude vrouw die in één keer alles koopt aan huishoudelijke apparatuur waar ze heel haar leven van verstoken is gebleven. Alle drie de verhalen gaan over ogenschijnlijk simpele, maar toch ook ietwat vreemde verhalen: een vrouw op een fiets is niet direct het eerste wat je met Iran zou associëren en het relaas van de oude bes die al haar splinternieuwe witgoedapparaten op het strand uitstalt, heeft zelfs iets Felliniesque’s over zich heen.
Hoewel de verhalen niet direct onderling samenhangen hebben ze alle drie duidelijk een gemeenschappelijk thema: de waardigheid en eigenzinnigheid van de vrouw, iets wat in het -in Westerse ogen althans- vrouwonvriendelijke Iran op zijn zachtst gezegd opmerkelijk genoemd mag worden. Het Westen heeft immers nog steeds het beeld van Iran als een land waar de vrouwen gesluierd over straat gaan en nauwelijks deel uitmaken van het maatschappelijke leven. ‘Roozi ke zan shodam’ biedt daarom een verfrissende kijkje in de keuken en kan voor het Westerse publiek een mooie gelegenheid zijn tot revaluatie van de gangbare opvatting.
De film is op visueel vlak trouw aan de Iranese traditie: weidse shots van oogverblindende landschappen vormen het prachtige decor voor Meshkini’s karakterschetsen. Net als haar voorgangers heeft Meshkini ook een oneindig vertrouwen in mise-en-scène: montage wordt tot een minimum beperkt en ze vertelt haar verhaal middels zorgvuldig opgebouwde mise-en-scène en shotcomposities, waarbij de kijker zelf de mogelijkheid wordt gegund om te bepalen waar hij kijkt.
‘Roozi ke zan shodam’ is duidelijk een debuutfilm, waarin de regisseuse nog op zoek is naar een echt eigen stijl. Desalniettemin is de film een prachtig kleinood geworden dat Iranese en wereldcinema in zijn meest pure en schone vorm laat zien.

_________________
Lid van de Charlie Rich fanclub!
Gekeken films